Nieuws

Armoede is een begrip dat moeilijk te definiëren is. Definities zijn onderhevig aan (politieke) keuzes die bepalen hoe cijfers geduid worden en veranderen door de tijd. Daarbij gaat met name relatieve armoede om een gevoelsbeleving, het gevoel niet mee te kunnen doen met dat wat gangbaar is in de samenleving. Dit maakt het lastig om armoede te vergelijken, tussen landen maar ook door de tijd heen. Spreken over armoede in Nederland kan slim zijn als je een punt wilt maken, het spreekt immers tot de verbeelding, maar het blijft altijd belangrijk goed na te denken over wat je hieronder verstaat. Op deze pagina lees je meer over de complexe aard van armoede. Wanneer ben je absoluut arm, en wanneer relatief? Hoe wordt naar het ontstaan van armoede gekeken en hoe kijken onze verschillende overheidsorganen naar deze problematiek? Wanneer wordt armoede een generatie probleem?
Financiële problemen zijn schulden, en die ontstaan door een tekort aan geld – of is er misschien meer aan de hand? Zijn mensen met schulden altijd arm? Op deze pagina lees je meer over de relatie tussen armoede en financiële problemen, over de mogelijke oorzaken voor deze problemen. Ook worden verschillende typen schulden in kaart gebracht.
De laatste jaren groeit de aandacht voor de gevolgen van armoede en financiële problemen op mensen die het ondergaan. Eerder lag de focus op een verondersteld gebrek aan vaardigheden om goed de eigen administratie voeren. Zoals bijvoorbeeld bij het op tijd betalen van rekeningen en het al dan niet nakomen van (financiële) verplichtingen. Ook het krijgen van schulden werd makkelijk toegeschreven aan een gat in de hand of geen verantwoordelijkheid willen nemen.
Deze uitspraak, die wij hoorden van iemand met schulden die niet in Nederland is opgegroeid, spreekt boekdelen. En hij geldt niet alleen voor mensen die nieuw zijn in Nederland. In Nederland is veel mogelijk, voor veel problemen is een oplossing te vinden. Maar er wordt ook veel gevraagd van de burger. Meer en meer kan digitaal geregeld worden. Dat is handig, maar het vraagt van mensen dat zij het vermogen hebben zelf deze zaken te regelen. Vanuit de behoefte van de overheid om fraude te voorkomen, maakt dat voor veel voorzieningen bepaalde bewijslast overhandigd moet worden. Deze factoren maken het voor mensen met een maatschappelijke kwetsbaarheid lastig om mee te komen.
Hulpvragers kunnen om allerlei redenen moeite hebben met financiële zaken. Obstakels kunnen door tekortkomingen in basisvaardigheden – zoals lezen, schrijven en rekenen – ontstaan. Onder de basisvaardigheden worden ook digitale vaardigheden geschaard. Regelmatig komen schrijnende praktijkvoorbeelden aan het licht, van fraude of uitbuiting van ouderen: mensen die de weg in digitale zaken niet goed weten en sterk afhankelijk zijn van hulp. Voor vrijwilligers is het van belang om aandachtig en met tact met zulke situaties om te gaan, gezien gevoelens van schaamte spelen een belangrijke rol kunnen spelen. Op deze pagina lees je hoe je hierin afstemt en coördineert.
Het doel van ondersteunen bij geldzaken is de financiële redzaamheid stimuleren – voor zover als het gaat. Daarbij wordt allereerst het eigen sociale netwerk aangesproken en wordt onderzocht of in de wijk plekken zijn die iemand verder kunnen helpen. Vervolgens komt een vrijwilliger of eventueel een professional in beeld. Mensen zoveel mogelijk zelf laten doen is het belangrijkste doel, maar dat ‘zelf kunnen’ kan komen in allerlei vormen. Op deze pagina lees je over doelen van ondersteuning, over wat je als vrijwilliger en professional kunt doen om iemand zo zelfstandig mogelijk op weg te helpen met geldzaken.